OVER HET KRAM' EN MAT 'WERK. 10J
keren, hoe zij de Kram-werken, volgens
geregelde wetten, moesten aanleggen en vol
maken, om geduurzaam en beftand tegen den
Dag van het zeewater te zijn! En het is die
gunftige Natuur en hare wetten, die ik, in
de befchrijving hoe men het fpreizel, tot de
vloering van een goed Kram,werk, leggen
moetzal volgen.
Het voornaamfte dat hier toe in aanmerking
komt, is de ftrekking des dijks, die men
moet bekrammen, met betrekking tot de
ftormftrekendie 'er de golvenmet het
meeste geweldop aanftuwen. En om dit
wèl te doen verftaan, zal ik 'er twee voor
beelden van opgeven.
Eerfte voorbeeld. Eaat een zeedijk geftrekt
liggen oost en west; en de buitenflank, die
men wil bekrammen, gekeerd zijn tegen het
noorden: dan lijdt het geen bedenking, of de
meeste en zwaarfte ftormenwelke op die
flank vallen kunnen, moet men verwachten
van tusfchen het westen en het noorden, en
deze ftormen maken, op onze kusten, en in
onze zeegaten, ook de allerhoogfte vloeden.
De digtheid en vastigheid zijn voorname
vereischten der Kram-werken: de eerfte, or;
de gronden te bewaren; en de andere, om
den Dag der zee te wederftaaa,
On-