Ï2Q a. SCHRAVEjt, ANTWOORD vierkants roede, zijn bevestigd met 1080 in-, gefteke beugels; en dit laatfte Mat-werk, van 36 beugels, en 30 regels, op de vier kante roede, zonde driemaal zoo veel vas tigheid hebben, als het eerite, van 20 beu gels, en 18 regels: want zoo Haat het getal van 1080 tegen dat van 360. Men ziet dus nu, dat de dijkers, met het Heken van zoo weinige beugels en regels, in den arbeid, en zeer veel in de materia len uitwinnendoch ookin dezelfde reden dc Kram-werken van derzelver wezenlijke duur zaamheid en beftendigheid beroovenen die tegen den (lag van het zeewater, fchandlijk Verzwakken- Ik ben verre af, van hier mede te willen aanduiden, dat zoo eene Hechte werkwijs al gemeen plaats heeft; en alle dijkers zich aan dezelve fchiudig makeniii ben van het te gendeel te wel overtuigd. 'Er zijn, in Zee land wel goede Kram - werkenook wel goede en brave dijkers; doch men zoudei Voorbeelden kunnen aanwijzendaar het be drog de zoo even gemelde evenredigheid nog overtreft. Ten aanzien van de veerkracht der Kram werken, is het geval juist hetzelfde, als met "de vastigheid: \yant zoo menige beugel als Cf

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 292