3Ö A, SCHRAVER, ANTWOORD OVER geheels Vraag tot twee hoofdzaken heeft ge? bragti naamlijk, tot eene opgaaf der oom. ken, waar uit de belemmeringen en verhinde» ringen, in de uitloozing de? landwaters uit het Eiland Walcherenontftaanen tot eene aanwijzing der middelen, om het Eiland Walcheren van deszelfs overtollig landwater te kunnen ontlasten. Het 2,'eeuwsch Genaotfchnp vooronderilelt, dat; 'er, ten aanzien der uitloozing van het landwater, belemmeringen en hindern.isfen zijn, niet alleen; maar ook, dat die, daaglijksch, meer en meer toenemenen ieder Inwoner van het Eiland Walcheren, die belang heeft bij de uitloozing des landwaterserkent de waarheid van die vooronderilellingfchoorj men, in dat Eiland, over de oorzaken van die belemmeringen en hiudemisfenhet minder algemeen eens is. Ik zal ieders bijzondere denkwijs, nopens de oorzaken en de vermeerderingen van die belemmeringen en hindernisfen, onaangeroerd laten; en alleen mijne gevoelens, daar om- trend, aan hei Zeeuwsch Genootfchap voor dragen, Altcs wat eene oorzaak zijn kan, tot de belemmering of verhindering van de uitloozing {Es landwaters uit het Eiland Walcherenmo;t ge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 308