ijj2 A. SCHRAVÈR, ANTWOORD OVER. Aan de oostlijke zijde des Eilands Walche ren, of in de haven Üer Stad Veere, zijn mij geene belemmeringen of hindernisfen bekend, die de ontlasting des landwaters, nu meer dan in vroegere jaren, zouden kunnen tegenwer ken. "Aan de zuidlijke zijde des Eilands zijn, ze den bet begin der jongstverioopen eeuw* groote veranderingen gebeurddievoor zoo veel de verzanding van het Vlakkeen des- zelfs invloed op het kanaal Welfingen, en do Middel burgfcke haven, aangaat, zeer zeker cenige belemmeringen en hindernisféiiaan de ontlasting van hst tandwater uit het Eiland Walcherenkunnen te weeg brengenvermits door de zandplaten, die zich, met laag wa ter, in Wellingen laten zien, liet, door de Huizen, ontlaste tandwater min of meer ver traagt, en langer -weg afloopèn moet, om op het Vlakke te komenen zich te kunnen ver deden dan wel in vroegere tijdentoen Wellingen ruimer, en minder verzand was: waar door het ontlastend tandwater, in de Huizen, ook ccnigermare opkropt, het binnen lands verval minder, en de ontlasting des landwaters, naar evenredigheid, vertraagd en verminderd wordt: zoo dat men het verzanden van Welfingen, cn de gevolgen van dien, iri de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 314