DE St'ATlS VAN WALCHEREN. I75 in Walcheren, aan de peilpalen teekent; kan het landwater, in de maand November 1800, zonder eenig wonderwerk, dan alleen het on tijdig digthouden, der fmizen, gedaan hebben tot boven - of in de 30 duimen aan de peil palen. Voegt nu hier nog bij, dat, in de maan den November en December 1800, nog 7 duimen hoogte water meer viel dan 'er uit- waasfemde: het welk ten gevolge had, dat de fluizen, toen die open wierden gemaakt, telkens werk hadden, om het geen 'er geduu- rig bij regende, en van de gevallen fneeuw affmolt, en uit de, te vroegtijdige, noodloo- ze volgezogen gronden zakte, te ontlasten: en zie daar nu. al het raadzelachtigewegens de hooge teekening des landwaters in het Ei land Walcheren, ten tijde mijner waarnemin gen, half Maart 1801, aan de peilpalen te zienopgelost. Nu ga ik over tot het wegnemen eener be. denking, die foms tegen de ruimten der flui zen, door welke het landwater uit het Eiland Walcheren moet ontlasten, zoude kunnen wor-1 den ter baan gebragts want offchoon het waar is, dat het Eiland Walcheren, ter uit- loozing van deszelfs landwater, nooit meer dan vier fluizen, althans zoo ver de gefchie- de-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 347