DE SÜATIE VAM WALCHEREN. Als men nu de Huisgangen, den eeneri meerder en den anderen minder zijnde, door een op a uuren, gelijk aan 120 minuten tijds, rekent; en alle de wijdten der vier Huizenna aftrek van de hoekendie de openftaande deuren aflhijden, op 36 voeten; en de doorfnede des afloopenden waters, tus- fchen de deuren, in de (luizen, op één voet; en indien van den eerften October tot deti laatften Maartof gedurende de zoogenaamde zes natte maanden, waar in 360 ebben voor» komen, flechts maar de helft, of 180 Huis gangen zijn: dan is de rekening als volgt: 36 voeten omtrek van 4 Huizen, vermenig vuldigd met 140 voeten fnelheid in iedere minut, geeft 5040 teerlingfche voeten, voor de ontlasting, voor een minut, door 4 Hui zen; dit getal van teerlingfche voeten verme nigvuldigd met de gefielde 2 uuren, of 120 minuten Huisgang: komt voor de ontlasting, met iederen Huisgang, 604800 teerlingfche voeten water; en deze vermenigvuldigd met de helft der ebben, die van den eerften October tot den laatften Maart voorvallen, of met 180 Huisgangen; zullen 'er, in dien tijd, door de vier Huizen van Walcheren, zoo als die thans gelegen zijn, kunnen ontlasten 108864000 teerlingfche voeten landwater, gelijk zijnde M a met

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 351