84- P. F, PERRENOUD, ANTWOORD wezen en welke men dus niet kan veron- achtzaamen zonder zich laakbaar en zelfs fchuldig te Hellen voor hun en voor de na« komelingfchap. Ik vleije mij zoo gaarn met die gedag- te die mij met vreugde vervult dat men 'er ten fpoedigden middelen tegen verfchaften zal. Ja ik houde mijdaar ik de Bataaffche milddadigheid ken verzekerd datbinnen kortniemand zal kunnen ten minden zal durven zeggen ik weet niet wat te doen ik heb geen werkwel wetende dat men hem zou antwoorden zie daar zijn Werkhui- zen zie daar de eerlijke bron van be- daan welke de weldadige maatfchappij den genen aanbiedtdien het aan midde- len ontbreektom hunne verpligtingen je- gens dezelve te vervullen want de arbeid is eene even zoo heilige als noodzaklijke pligt. Zij doet meer zij laat aan u de keuze der bezigheden of handwerken waar voor gij den meesten fmaak gevoeltzij heeft lieden aangefteld, om u te onderwij- zenom u te beduren en om u te hel- pen in één woord zij voorziet in alle 3, uwe wezenlijke behoeften voor zoo ver gij door uwe onervarenheiden door uwe ongefchiktheid tot deze foort van be zig-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 456