l86 P. F. P8.RREF0UD, ANTWOORD pfaatfen, het ftiiftaan van bijna alien han del ter Zee. Vervolgens het ophouden voor eenigen tijd van de betaling der intresfen van onderfcheidene geldheffingen en de aanmer kelijke vermindering der renten op den Staat In de derde plaats de vermeerdering der las ten dikwijls zoo ongelijk verdeeld als geftreng ingevorderd. Ten vierden de achter lijke betalingen van allerleien aartdie thands in dezen tijd van algeraeenc fchaarsheid maar al te veel plaats hebben. Eindelijk vele andere die het overtollig zou wezen bijtebrengen.Ziet daar het geen den ee- nen volkomen in den grond helpt en den anderen geheel en al moedeloos maakt. Is het niet waarfchijnlijkdat de meeste de zer zich vlijtig tot de bronnen van beftaan die deze werkhuizen voor hun openen bege ven zouden zoo dra het geen fchande meer was daar in te arbeidenen ze niet meer enkel de toevlugt waren van de laaglle clasfe des volks ten einde langs dien weg zoo niet voor zich zei ven ten minsten voor hunne kinderen de treurige keus tusfchen deze twee uitterften voortekomen immers te vertra gen namelijk Van of onderltand bij de Ar men -kasfen te vragen of te gaan bedelen, cn dat ze alzoo eer het te Iaat ware zouden trag-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 458