«3VI& BÉ ARMKASSSN. 8^ ik mij verzekerd-, gevoelt de noodlottige ge volgen die daar uit voor de maatfchappij jnt het algemeen voortvlo'eijen. Het zou origè- cwijfeld vrij overbodig wezen', voorbeelden hier van aan te halen 'er zijn zoö veele zelfs nog Jiiee'r ergerlijke dat men ze uier verhalen kan zonder van verontwaardiging te fidderen en niemand die maar de gering- ffle aandacht Op deze zaak gevestigd heeftkari 'er onkundig van zijn. Ja zai men zeggen dit alles is helaas maar al te waar maar hoe zal men het ver helpen zonder elks bijzondere vrijheid die. men altijd eerbiedigen moetgeweld aan té doen Daarenboven die vrouw en die kin deren vragen niets en zelfs wanneer zij onderftand vragen kunnen de Diakenen riiet alle ongelukkigen bijftaan gelijk zulks tbands meer dan ooit zichtbaar is ja zou dit zelfs wel geoorlofd vrezen wanneer de leden der Diakonien voorzien dat het hoofd des huis- gezinsals die liefdegiften in zijne handen vielen 'er (lechts gebruik van zou maken otü zijne beestachtige drift te voldoen.Neen ik erken hetzij vragen niets voor dat her te laat ismaar eindelijk moeten zij 'er toch toe komen gelijk wij reeds gezegd hebben en wie weet, indien'er Werkhuizen waren I. Uk el. T of

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 461