OVER DE ARMKASSEN. 20/ geen zijne Stad zedert het jaar 1772, be- kostigd heeftom meer dan driehonderd s, huisgezinnen die in wanhoop vergingen te onderhouden. Ptden gaf aan eiken armen, die onbekwaam ,j was om te arbeidenveertien vlaamfche flut- vers (patards) 's weeks aan eene derge» a, Iijke vrouw, tien ftuivers en een halfaan man en vrouwbeide onbekwaam om te werken en te famen wonendeéénentwintig ftuivers. Voor winter onderftand, die gro- ter moet zijn voegde men voor allen 'er iets bij gelijk zulks ook gefchiedde aan' armen van hoogen ouderdom of met bui- 3, tengewone krankheden bezogc. Men gaf aan gezonde en voor den arbeid bekwame 3, armenzeven ftuivers want ook deze moec 3, men bijftaan tot dat zij zich inftaat gefteld hebbenom door werken hunnen kost te S) verdienen. Men droeg ook zorg voor arme werklieden, die gedurende den Winter geen s, werk hadden men lteldeze op zeven. 3, ftuivers 's weeks. De ambachtsgezellen of s, kleine handelaars aan welker talrijk huis- gezin hun daggeld of handel geen brood verfchaffen kon werden mede niet ver- 3, zuimd men zette ze op meer of min, naar gelang van den nood en het getal van kin- Us M de-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 479