DE 'OITLOOZING DE SLUIZEN- 24! heden Q uicloozen bedragende 1133,4 taai!, voetenwelke met 360 fee 1111 den (in 6, mi nuten begrepen) vermenigvuldigd 408024 taarl. voeten in dat half uijr uitbrengen. Op dezelfde wijze zon men moeten voort gaan tot op het oogenblik van laag Water toe» 25. Doch als dan zou men het geval moe ten omkeeren wijl als dan de loozende hoe veelheden van oogenblik tot oogenblik vermin deren en men zon dan de bovengenoemds waardijen in hec eerste half uur na laag Wa ter vinden als in Tafel ill. Zoo dat dan wederom volgens de aange- nomene data in den tijd van 't eerste half uur des Vloeds of van het laatste half uur der Eb door zoodanig een Sluis van 6 tot 6 minuten in elke fe.cunde tijdsdo hoeveelheden Q uitwa teren bedragende der tienduizend en drie en dertig en T35 taarl. voe ten Waters welke wederom met 300 Se- cunden (in 6 minuten tijds bevat) gemultipli ceerd geven 4Ó91988 taarl. voeten Waters in dat half uur. 26. Tot hier toe is voorbnderfteld dat de Sluis terftond. bij. het begin der Eb kon loo- zen dit heeft echter geen plaats de Slui zen loozen nietdan na dat het Water vbdr dezelve beneden het Binnen - water gedaald W 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 513