&6o ANTWOORD OVER 4. Over de laatfte woorden van hef Op» fchrift behoeve ik niets te zeggen om dat 'er niet bepaaldelijk naar gevraagd wordt. Ik zal 'er evenwel dit weinige over aanmerken. De geleerde cannegieter, in zijne Verhan delingen de Gemma Bentïnckiana item de Ifide ad Turnacum inventa nee non de Dea Burorinagedrukt te Utrecht in 't jaar 1764. heeft aangewezen pag. 4345.dat es it zeer wel voor est kan genomen wor den, en dat malius dezelfde naam is niet den meer gebruikelijken sialics. Hij gist anders, dat men de letters malius kan van elkander fcheiden 't zij mali. v. s. Malius Votum Solvit 't zij m. alivs v. si-, Marcus Alius Votum- Solvit't zij m. a. li. v. s. Marcus of Marius Animo Libente Votum Solvit. Ik twijfelof alle deze gisfingen wel aan elk voldoen zullen. Met mijne gisfing zal hetmisfehien, niet gunftiger afloopen. Zij is deze. Zou men de woorden Quod Votum Efït (voor Est) of FecitPro fe Suisquekunnen aanvullen l. m. s. Lubenst Merito Solvitwelk bijvoegfel der letteren 1, m, s. of s. l. m. in meer andere Opfchril- ten wordt, achtergelatengelijk bekend is en ook door cannegieter aangemerkt wordt. 5, Om nader tot de voorgeftelde vraag te ko-.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1807 | | pagina 542