S xvii. 24 T. SFELEVELD, O VERDE OPSLIK KIN® XVI. Hier bij komt nog dat, zoodra de Vloed over de Kaloot begint te ftroomende zwak ke Stroom van het Veerfche Gat komen de, weder te rug wordt gedreven doordien van het Vlakkehet welk dan een Wan tijof eigenlijk twee fluitende Vloeden ver oorzaakt, die ik, ten aanzien van het Sloe befpeurd heb te zijn, ter plaatze waar de meeste ondiepte tusfehen de geul van het Schengen en het Sloefche Veer beftaat, en ten aanzien van het Kanaal voor de Haven duidelijk heb opgemerkt vódr of even bewes ten Arnemuiden. Dezelve waarnemingen beftaan met betrek king tot de Eb. De zware Stroom der Zuidvlietde fterke trek van het Veerfche Gat liepen in het begin der Eb, die van het Schengen niet alleen maar ook die van het Sloe tot zich. Eerst omtrend twee uren later verdeelt zich de Eb in het Sloe en in het Kanatd ter piaatfe ten naastenbij alwaar zich de Vloedftroom verdeelt, en vliet als dan Zuid- en Noordwaards henen. Daar nu de fterkfte Eb langs het Veerfche Gat ftroomt, en die, welke vervolgens Zuide lijk

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 116