BER MIBDSLBDRGSCHE HAVEN. 63
meer tot een Beftek dan tot eene Verhandeling
te behoren bovendien zou dit tot in de min-
fte kleinigheden eene volkomene plaatfelijke
kennis welke mij ontbreekt en meer tijds
dan ik hefteden kan vereifchen.
Om dezelfde reden wederhoude ik mij
eene opgave der betrekkelijke kosten van ie
der Ontwerp te gevenwaar door het ver-
fchil door deskundigen bij derzelver verge
lijking genoegzaam zal kunnen opgemerkt
worden.
LUI.
Er blijft mij dus niets overig dan eene
allergewigtigfte opmerking te herhalen,
namelijk: dat alle middelen, welke het kwaad
niet onmiddelijk in den wortel aantasten mij
toefchijnen even nadeelig te zijnals de zaak
in ftatu quo te laten.
En onder zoodanige middelen verfta ik zelfs
de enkele uitbaggering zonder de verdere
voorbehoedfelen tegen de aanflikking in het
werk te ftellen. Dit is in de daad in den
eigenlijken zin niets anders dan den arbeid
der Danaïden te verrigten.
Wantals men het Kanaal en de Haven
zoodanig als die thans beftaan verdieptdan
volgt
CD Ksfa,