OVER. AFOLLONIUS VAN TIjANA I49 geworden, en aan haar door eenen onbeken den gegeven warente befchaven en in orde te brengen Hij, de Keizerin willende behagenfchikte zich naar haren hem bekenden fmaaken vervaardigde eene befchrijving van het leven en de bedrijven van apollonius, die eer het aanzien heeft van een roman dan van eene ware gefchiedenis. Hier bij waag de hij voor zich zelve niets maar bereikte bij julia en elk ander die hoog van apol- 108HJS dacht, zeer gemakkelijk zijn oog merk. De pligt van een getrouwen en onpar tijdiger: Historiefchrijver nakomen, zijne bron nen met oordeelkunde toetfen en gebruiken, of geheel varen 'iaten, vermogt hij niet, al had hij anders 't oordeei en den wil 'er toe gehad. Even dit ontneemt hem alle geloof waardigheid, en moet eik overtuigen, dat alle zijne berigten geene zekerheid hebben,Zon der ons intelaten in eenige navorfchingen van de bijzondere -aanleiding, die ieder der Evangelisten heeft gehad, om zijn berigt van jezus leven te fchrijven, zijn wij echter vol komen zekerdat ze nimmer eene foortgelijke als Philostratus gehad hebben. Zij, trouwens, die hunne berigten gretig aanna men, verkeerden niet in zulke oraftandighe- K 3 den Ftihslr, Lib, i. cap. 2.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 243