EN KABELJ A AUWSCHE TWISTEN. 69
van welke zeker, gelijk meer dan één vroe
ger voorbeeld uit 's Lands gefchiedcnis be
wijst
voeren zoude, wordt vrij duidelijk gevonden in de
conditiën en de opdragt zelf des kuwnardfchaps, z.
Gr PI III. D. p. 5. Jdsinga, Staatsregt,,I.
hl. 130 en 221.
(Misfchien zou men in 't fterven van dit kind of
kinderen de reden kunnen vinden van de nog duistere
dubbele bijzonderheid, dat ^Hbrecht bet Granffchap
voor zich op eigen naam in 1371 of reeds vroeger,
door Keizerlijke brieven poogde te verwerven;, maar
zich te vrede hield, met die brieven verworven te
hebben, zonder, zoo lang zijn broeder leefde, den
Grafelijken titel aan te nemen. z. Wagen. Wad. Hifi,
III. D. bl. 302 5. Ids in ga, Wagenaar te regt
weerfprekende'. geeft geene betere verklaring' aan de
hand.) [13 e ka's getuigenis wordt, althans gedeel
telijk, geftaafd, door de bijzonderheid, nopens de
geboorte, maar ?c fehielijk a filer vencener doe/der
van Wèliem,.. in de lente van '1 j- 1556, welke de
Heer va n W ij 11 uit Grafelijkheids-rekeningen van
dien tijd aan 'c licht gebrngt, en authentiek bewezen
heeft in zijn Huiszht. Leven(I. O.) bi, 641.
Maar noch uit Be ka, noch hieruit blijkt het, dat
er, toen WLlbrecht Iyuwaard werd, nog' kind of kin
deren in leven waren. Het geen jk dan, na ld sin-
ga, bl. 221, hier van fchreef, (leunde meer op het
authentiek Huk in 't Groot Plac. B. Bij nader on^
derzoek blijkt mij nog'tans, dat Ids in ga en ik ons
hieromtrent vergist hadden. Want, dat ftuk in 'c
QrPL B„ dat ook voorkomt bij Mieris, Ch. B.
E 3 lil.