ZONDERLINGE GENEESKUNDIG^ W AAR. NE MIN G, MEDEGEDEELD DOOR. A. D E M O RA A Z, IN LEVEN MED. DOCTOR TE SO MMELS DTK, EN LID VAN HET ZEEUWSCH GENOOTSCHAP DER WETEN SCHAPPEN. Den één en dertigften van Bloeimaand des Jaars 1798. raadpleegde mij de Heer in het naburig dorp Middelharnis woonachtig, over een kind van het mannelijk gedacht 't welk zijne Huisvrouwdien dag, omtrent zeven uren des morgens zeer voorfpoedig, hoewel, volgens alle waarfchijnlijkheid, ééne maand te vroeggebaard had.— De aars van dit Kind was niet alleen gefloten maar ook geen het minste fpoor daar van ie vinden terwiji de zwarte drek meconiumdoor de roede met eene ligte perfing ontlast werd. Dit toeval't welk de Ouders zeer veront- A rus ti

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 441