YOOREER1GT. 3.1 wijze behoort tnen tegen haar in het werk te stellen En welke is de beste wijze om haie schromelijke gevolgen voor te komen, en, zoo zij daar zijnte herstellen Op de LXVIIL en LX!X. Vragen gèene antwoorden zijnde ontvangen, zijn zij bij het Programma van 1809, nogmaals opengesteld tot den 1. van Grasmaand 1811; doch niet beantwoord en ingetrokken. Op de LXX. Vraag is een antwootd inge komen in de latijnsche taalonder de zin spreuk Experieptia rerum magistra. Het Genootschap oordeelde hetzelve niet te kun nen bekroonen; doch schreef de Vraag bij het Programma van 1807 andermaal uit, te beant woorden voor den t, van Louwmaand 1810. 'Er kwamen twee antwoorden in een in de fransche taal onder de zinspreuk per- spicitndo quid in quaque etcen een twee de, in het latljn, onder de spreukArs usu et studio crxscit. Het eerste stuk reeds on der eenen anderen titel te Halle en Berlin in het licht verschenen zijnde, is buiten be oordeeling gelatenhet andere wierd. geoor deeld met de goudene eermunt niet te kun nen bekroond .worden echter wierd den ver- E dien-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 47