~C 3* 281e niet vermogend genoeg, toen de golvea alles dreigden te vernielen hee nog fterker gedefendeerde zee-talud van den Westkappel- fcken dijk bij het Zuidwaartshoofdop de zelfde plaats van den 26 en 27 Januarij 1809, nog grooter ramp bekwam, dan ten dien tij de en de vloed op het noorderftrand van Walcheren ten minften de hoogte bereikte van 7 voeten boven deszelfs gewone dage- lijkfche verheffing Of was de ftorm uit den westen van den 11 en 12 October 1813, niet hevig genoeg, toen in 't bijzonder het eiland Walcherenoveral zoo veel fchade bekwam, en het zeewater op den Westkappelfchen dijk en noorderftrand van Walcherenzich 19 voeten boven het ge- gewoon laagwater verhief Doch ik zal ophouden meer ftormvloedes aan te halen zie hier achter fub litt. E eene aanteekening derzelvedie op de noord kust van Walcherenfedert men begonnen is de hooge paalhoofden op deszelfs noorder ftrand af te zagengeheersoht hebbenbij zonder ook opgeteekend om de groote fcha- den, welke daaruit zijn omfproten en waar uit men ten vollen overtuigd zal wezendat 'er zekerlijk verfcheidenc ftormen en ftorm- vloe-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1819 | | pagina 24