3 eene wonde, die.hem eerst eene ziekte en ver volgens den dood veroorzaakte in het jaar 1258, Zie Melis StokeII. D. 4. B. vs. 29—48 ett vooral de uitmuntende Levensfchets van Flo- ris Voogd van Hollanddoor Mr. jf. C. de Jonge, Subftituut-Archivarius van het Rijk, te vinden in het III. D. 1. Se. der Verh. van de MaatJ'chappij der Ned. Letterk. te Leijden. Het iijk van floris werd naar de Abdij kerk te Middelburg overgebragt, en daar met algemeene rouw ter aarde befteld: fchoon er niet gemeld wordtdat eenig bijzonder Praal graf voor hem zij opgerigt. Daar zou waar- fchijnlijk ook de rustplaats geweest zijn voor de overblijfsels van zijnen koninklijken Broe der maar de West-Vriezen hadden zich vao het lijk meester gemaakten hetzelvena het door zout tegen bederf bewaard te hebben, te Ilocgvoudediep onder den grondbegraven,' Floris, 's Konings zoon en opvolger in de Grafelijke waardigheid over Holland en Zeeland tot mannelijke jaren gekomen deed de moordenaars van zijuen Vader zijne wraak gevoelen en had ook in het jaar 1282 het zonderling geluk het gebeente van zij nen Vader weder te vinden nadat het zes A O. en

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1820 | | pagina 9