-C 3* )- door A. Arrowjmith mee overneming der INederduitfche benamingen, op de kaarten van Mont ar, us (128) en van der Donck te vin den; immers, voor zoo ver zij mij, tot op heldering der gefchiedcnis, dienstbaar voor kwamen terwijl men de zeekusten en eilan den, in dezelfde {trekking, ziet'afgebeeld in den Zee-atlas van arend roggeveen (29) Het Land zoo ver het door de Neder landers ontdekt en in bezit genomen was ftrekce zich uit van 38 graden 53 minuten, tot over de 42 graden noorderbreedte; (30) be ginnende ten zuidwesten aan de Zuid-rivier of de Delawareen eindigende ten noord oosten bij Kaap - Kod daaronder begrepen het 28 De Kaan bi j m o n t a n u s gaat over het Landbegrepen tusfchen den 37. en 49. graad noorderbreedte, en is dus van groo« ter uitgellrektbeid dan dit Kajrtje bij van der ijonck. ]n liet li. D. van den Atlas van blauw, komt nog voor eene Kaart met het opfchrift Nova Iielgica et Anglia Nova. (29") Abend roggeveen heeft zijne Zeekaarten in het jaar 1675 uitgegeven, onderden titel van t Brandende veen; al waar in 't eerste deel, onder No. 47, 28 en 29, de Pas-kaarten van Nieuw Nederland voorkomen. I-Iij is dezelfde, die van de Algem. Staten Oktroöi verkreeg, om de Australifcbe Zee te beva ren. Men zie een ftukje daarover, door ljem in 167te Middel- buig uitgegeven. (30) De kusten en grenzen van Nieuw-Nederland zouden waarfchiinlijk beter te onderfdieiden zijn uit de Kaerte l'lguraiif, die Bewindhebberen der W. I. Coinp. den 26 Septb. 1^54 aan ii. h. m. inzondenvolgens 'f Verbaal van beverninge: da» ik heb dezelve nimmer kunnen opfporen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 222