77 y- bemagtigdLand New-York, en gaven denzelf den naam aan de Hoofdplaats Nieu w - Amfter- da>n. Zoodra dc tijding van dit verlies in Holland kwam gaven de Bewindhebberen der West- lndifche Maatfchappij er kennis van aan deAl- gemeene Statenop den 24. van Wijnmaand 1664. Hun Hoog Mogenden ontvingen dit Vcrflag met leedwezen, en zonden affchriften der Memorie van Bewindhebberen aan de on- derfcheidene Provinciën, dezelve aanmanen de om door fpoedige Confenten de noodige Geldmiddelen daar te ftellen tot voortzetting van den oorlog en tot afwering van verdere onheilen zoo binnen als buiten Europa: ter wijl de Ambasfadeur van Goch in Engeland werd aangcfchreven, om de krachtigfte voor- ftellen te doen bij den Koning, tot teruggaaf der ontnomen Koloniën en tot voorkoming van dergelijke ondernemingen. Dan met welk leed wezen dit verlies hier te lande ook vernomen werd, gelijk men buiten ftaat geweest was om het te verhinderen, zoo was men echter niet gereed om het verlorene te hernemen. Amfter- dam fcheen zich bovendien dat verlies te ge- troos- Ï664 i P- 153» in ,f Kort Furha&l (Jen Engtlfcbet: Oorlog*, Amft. 1667, bl. 28 cn 29.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 269