-( 33 vloeden, na dien tijd, hebben plaats gehad; ftormvloedcn die voor de Zeeuwfche zeewe ringen in 't algemeen doch voor de onafge zaagde paalhoofden in het bijzonder inzon derheid ook voor die welke toen op het noor» derftrand nog niet waren afgezaagdde na- deeligfte gevolgen hebben na zich geileept. En welke verliezen hebben de ftranden en duinen waar de hoofden afgezaagd waren met alle deze llorrrten en hooge vloeden ge leden in vergelijking van vorige jaren in vergelijking van die jaren toen de ftranden reeds met alle de hooge werken waren voor zien welke fchade de afgezaagde paalwer ken bekomen in vergelijking van die welke dezelve anderzins waarfchijnlijk zouden beko men hebben en vergeleken met die fchade welke de onafgezaagde hebben ondergaan immers geene de hoofden en wederzijdfche bermen lcbijnen veel eer tot vaste roezen over te gaan door de begroeijing van aller lei fchulpgedierte tusfeben de palenin de ftecnen en tuinen Zoo zeer zijn die wer ken thans in rust! zoo weinig fchade doen er nu de anders vernielende golven en zoo ver krijgen dan deze paalhoofden, met derzelver verlaging als 't ware het dubbeld wederllaHd- 311. DEEL. Z. CEN. C biC«

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 329