VGORBERIGT.
de Vraag werd al zoo bij het gezegd Program
ma nogmaals opgehangen tot den laarften van
Wintermaand 1818. Her Genootfchap behield
zich voor, om, bij aldien geene nieuwe (luk
ken of verbeteringen der reeds ingezondene
mogten inkomen, als dan uit de oatvangene
zoodanige te bekrooneti, als het zoude oor-
deelen zulks te verdienen
Er kwam een nafchrift in op het (luk
'H enz., en nog een nieuw antwoord
onder de fpreuk: Bemin de Waarheid en den
Vrede.
Bij de eindelijke uitfpraakheeft het Ge-
nootfchap geoordeeld, geene der antwoorden
als voldoende te kunnen aanmerken; en dus
ook aan geene derzelve den eereprijs toegewe
zen doch aan de Schrijveren toegedaan hun
ne Verhandelingen als hun bijzonder eigendom
aan te merken, en dezelve, des goedvindende,
door den druk gemeen te maken.
Zeer aangenaam is het ons te zien, dat di{
befluit niet te vergeefs is geweest.
Bij het Programma van 1817 was mede v<5dr
den 1 van Grasmaand 1818 begeerd:
LXXXI. Een gefchiedkundig Verhaal van den
pprfj»rongaanwas en de verdere lotgevallen der
Stad