-C 80 ringen veroorzaken, welker fcbadelijke gevol gen zich, helaas zoo duidelijk aan de on gelijke afnemingen en inlcharingen der oevers en duinen laten bemerken. Men moe: derhalve, bij den aanleg van nieu we werken tot het defenderen van een ftrand tegen de afdijtcnde ilrnomenen zelfs bij de verbeteringen der tegenwoordige hoofdenzich daar op toe leggen om een geregeld plan van defenfie te volgen, en onafgebroken voort- te zettenzoodanig als de théorie van ftrand- defenfieop de ondervinding rustende, aan de hand geeft, en hetgeen niet twijfelachtig zijn kan, zoo men het volgende overweegt: De hoofden moeten zullen dezelve aan het oogmerk voldoen deze algemeene eigenfchap hebben dat ze met eikanderen onderling het ftrand tegen de afjlijtende firoomenenz. be- V: iligen en daartoe moeten dezelve in de eerste plaats op gefchikte afftanden van el- kanderen (laanzoo dat het eene hoofd het andere in de opkeering van den ftroom ver vangt zonder dat deze tusfchen beiden gele genheid verkrijgen kunnemet den voorbij vlietenden Aroom deszelfs fneiheid te vernieu wt n, of lange weerkeerende kringen of nêercn au. ter of tuslcben de hoofden te vormen het

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 376