■K 3 )-» eénè wonde, die hem eerst eene ziekte en Vëf- rolgens den dood veroorzaakte in hecjaar 13580 Zie Me'lis Stoke, II. D. 4. B. vs. 39—48; en vooral de uitmuntende Levensfchets van Flo ris Voogd van Hollanddoor Mr. J. C. cfe Jonge, Subllituut-Archivarius van het Rijk, te vinden in het III, I). 1. St. der Verh. van de Maatfchappij der Ned. Letterk. te Lcijden. Het lijk van flor is werd naar de Abdij kerk te Middelburg overgebragt, en daar met algemeene rouw ter aarde beileld: fchoon er niet gemeld wordt dat eenig bijzonder Praal graf voor hem zij opgerigt. Daar zou waar» fchijnlijk ook de rustplaats geweest zijn voor de overblijfsels van zijnen koninklijken Broe der maar de West-Vriezen hadden zich van het lijk meester gemaakt, en hetzelve, na hee door zout tegen bederf bewaard te hebben, ta Hoogwoud:diep onder den grondbegraven; F l o r 1 s's Koniogs zoon en opvolger in de Grafelijke waardigheid over Holland en Zeeland tot mannelijke jaren gekomen deed de moordenaars van zijnen Vader zijne wraak gevoelen en had ook in het jaar 128a het zonderling geluk het gebeente van zij nen Vader weder te vinden nadat het zes A 2 en

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 457