-( i8 )- de Kotiinginne izabella zijne huisvrouwe welkers Koninglijke Tomben men nog ziet; naar de Nederduitfche vertaling van Kilianus fol. 271Am ft. 1612, in folio Ook verzekert Goudhoeven I. cit fol 343, dat de Abt Floris van Schoonhoven over de Grafftede van Koning Willem ecne betamelij ke verhevene Tombe heeft doen dichten. Men kan echter niet ontveinzen, dat de Rid derlijke kostume, met een bloot hoofd en een gemalied harnas, op de gevondene zerk, niet overeenkomt roet willem's Roomsch-Ko- ninklijke waardigheid en met de zegels, die van hem voorhanden zijn en voorkomen op de eerste uitflaande plaat bij Meerman II. IJ. Hij voerde op zijne minnen en dus ook waarfchijnlijk op zijnen wapenrok een' zwar ten Arend en een'rooden Leeuw; vergelijkt de vierde uitflaande plaat bij Meermanen Alke- viadeMunt der Graven van Hollandpag 47. En zoo vindt men den Koning afgebeeld bij Hadr. Volgens nader onderrigt van een' mijner Vrienden zouden de woorden -welkers Konink/yke Tomben men nog zietin de oor- fpronkelijke Italiaanfche uitgaat van guicciardin, te Antwer pen in 't iaar 1567 in folio gedrukt, op pag. 107 niet te vindei} zijn en dus komen voor rekening des Vertalers.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 474