-C 16 )- verwekte zij de grootste verontwaardiging.Be-» halve de tastbare onwaarheiddat Zeeland pogin gen zou hebben gedaan, om de Hooge School door Prins willem den Laan Leijden toe gedacht op zijnen grond te vestigendaar zelfs dat Gewest in deze zaak niet door den Prins ge kend wasschoon het Octroi voor Leijdens Aka- demie te Middelburg was gegeven, den 28. van Wintermaand 1074. (c) stieten de laster en ver achting zoo ruimschootsen zonder voorgaande uitdagingtegen Zeeland uitgebraakteen' ieder.— De Heer Jo/ïdnnes Nicolaas Tréijtellutersch Predikant te Middelburg naderhand Conrector van het Gijmnasiiim Iilustre aldaar, was de eer ste die vooj- dg eer der Zeeuwen optradmet de uitgaaf van een Latijrisch Gedicht genaamd Celeusma Nehalenrtkie Zelandica ad abster- gendam mhumanitaihs Labem nomini Zelan- dico adsparsam ci Celgberrimo Domino Petro Burmanno Ilisforiarum et Eloquentia in Academia Lugduni BatavorumProjessore in Carmine seculciri ad decoranduni III. Academia Lugduni Batavoruin Natalem pub Lice reeïtato Medioburgi 172 5, E» Qc') Zie de verzekering der Staten van Zeeland, aange haald bij p a u L u s Zeelands recht lot het stichten van eenc Hooge Schooibladz. 9. Dat Gouda echter pogingen heeft gedaan om de Aka- demie binnen hare muren te vestigen, is naderhand geble ken.— Zie Aanmerkingen op de Vadert. Hist. VI. 1). p. 119.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1821 | | pagina 86