Ilct tegenwoordig oogenLük moge niet zeer
gunstig schijnen voor staatkundige beschouwingen
of onderzoekingen van staathuishoudkunde, de
zelve zijn evenwel thans van zo groot en drin
gend aanbelang, als immer tevoren. Het is zoo,
waar heen wij thans onzen blik op het ondermaan-
sche wendenzien wij ons als met nevelen om
huld en waar wij trachten door dezelve heen to
starenontdekken wij in de verte meer duistere
dan lichte punten, meer dreigende verschijnselen
dan flonkerende stralen van hoop.
De storm van tegenstrijdige zoo wel staatkun
dige beginselen als personele neigingen en belan
gen hoe lang en verderfelijk hij ook gewoed
hebbeschijnt gereed op nieuw met toomelooze
A, 'i woede