22 >-
aftrad en vernieuwd werdterwijl anderen aan
bleven moesten de lijst dergilclehroeders én
der leerlingen houdende proeven afnemen en
beoordcelen de invordering en uitdeeling der
gelden bezorgenen over het geheel voor de na
koming der wetten wakenen de nalatigen of
nioetwiiligen tot de boete veroordeelen q on
der hooger beioep alleen van de Stadsregering
rde gewone zaken deden zij zei ven af, op
hunne
Doorgaans zoo, dat van de vier jaarlijks twee af
traden; of van de vijf, twee; zoo dat één t-lkcns driejaar
fungeerde. Zie aanteckening en de plaatfen aldaar
aangehaald.
Zij moesten daarenboven de gefchillen tusschcn de
Gildebroeders, of tusschen dezen en hun werkvolk, of van
particulieren tegen een Lid van 't Gilde, trachten bij te
leggen, of in't voorloopige uitspraak in doen, (alles, zoo
ver hetGildewerk aanging.) Men zie b.v. Handy, bl. 1193.
en 1248#. 1284#. *304. 1307. Vervolg bl. 91. Dievan'tBak-
kersgilde was hiertoe opgelegd te zorgen dat altijd een van
hun in de Stad aanwezig ware, bl. zi8o b. n 6. Dat de
Gildebroeders voor Overlieden ontboden zijnde, zouden
hebben te verschijnen en zich te onthouden van alle
kwade bejegening of bescheid jegens dezelven, was]in
de meeste Gilde - ordonnantiën uitdrukkelijk bepaald, en
jnct boete gehandhaafd.
(r) Van de uitspraak der Overlieden kon in Holland
alleen politiek aan Burgemeesteren en Schepenen gerefe
reerd, maar geen gcregtelijke provocatie gedaan of pro
visie van Justitie ingeroepen worden. Z. Resol. van Holi.
p.6 Maart 1676. Zurck, Cod, B<ii. v. Biertn IX1I. CU
y. pplicgign J II,