-( 32 getal der meesters van dat handwerk of die ne ring, door de voorschrevene leerjaren en proef, en de onkosten van die proef en de intrede, van zelf beperkter wordten 3°. door dien alle werk van vreemde werklieden en van binnensteedsche beunhazen geweerd wordt. En daarenboven heb ben zijbij ziekte en ouderdom een' verzeker den billijken onderstanden eene minder kost bare begrafenisterwijl juist de begrafeniskosten dikwijls een gering huishonden geheel ontblooted en in armoede dompelen. De verdere burgerij moet ook voordeel uit deze inrigtingen trekken. Men is meer verze kerd van bekwaam werkvolk, en voor billijken prijste vindenalzoo het beklag tot de Overlie den openstaatendaar de Gilden voor hunne eigen armen zorgenof, eigenlijkzorgen dat Lunne medeleden niet geheel tot armoede vcrval- fen, zoo blijft de armoede beperkt, en kan door de gewone bijdragen bestreden worden. Wat is daarentegen het gevolg der nieuwe vrijheid, of losbandigheid een knecht heeft minder ontzag voor zijnen meesterhij beeldt zich al ligt in, bekwaam genoeg te zijn om zijn handwerk op zich zelf te kunnen drijvenhij krijgt verschil met zijn' baasof hij wil trouwendus vangt hij zijn eigen bedrijf als meester aandit is het geval

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 206