u6
Bij de latere verordening van 2 7 Februari; 1817
is Art. 10. een nieuw en eenparig modél aange
wezen voor de inschrijvingen der Leerlingen en
Gezellen die bij de respective Gilden moeten ge
schieden en, Art. 12, bepaald, dut alle de
onderscheidene oude Gddebrieven of'Reglementen,
door een daartoe gesteld Ambtenaarmoeten na
gezien en met het nieuw algemeen Reglemeut
in overeenstemm,ngen in eenen eenparigen vorm
welke aldaar ook hoofdzakelijk is aangewezen,
gebragt moeten worden: bij dewelke, de mate-
ï'iëele verscheidenheid, die de omstandigheden van
elk Gilde in elke Plaats vereischcn volkomen
bewaard kan wordenterwijl men echter het be
loop derzelvezoo wel ten opzigte der onder
scheidene Gilden van dezellde plaats als nopens
betzelfde Gilde in verschillende plaatsen met
een opslag van bet oog overzien kan.-- Bij ons
in zoo veel grooterBijk, zou dit werk eerst in
elk gewest aan een Lid der Gedeputeerde Stalen
dienen opgedragen te worden terwijlindien
men
Ten einde de Knechten onder een zeker cpzigt t*
houden, oordeelen d. Fransche Schrijvers, die tegen (la
Gilden zijn, dat het Livret of personeel aanteekening-
hoekje, bij latere F.anfch. wetten voorgeschreven, vol
doende is. Doch men moet hierbij opmerken, dat de Fran
sche handwerk r ofschoon niet zoo regelmatig op zija
handwerk reizet.de als de Duitsche, echter meer ambo?
Itut jchjjBt te zijn, dan de Ncderlandscbe,