H 13 )- 4 Dat de proevenbij welke de ■warmtegraad Tan den dampkring niet vermeld wordt, geno men zijn in eene temperatuur van 5 tot 10 graden op den thermometer van Reaumurof van 44 tot 55 gr. op dien van Fahrenheit 5° Dat ik tot naauwkeuriger begrip van som- mge verschijnselen bij mijne proeven waargeno men het niet ondienstig geoordeeld hebeenige teekeningen of figuren bij de Verhandeling te voe gen in welker negen eerste en in de 13e-door A. B. de schotel der luchtpomp wordt aangewezen, verbeeldende dat hoven derzelver pijp E. een spa nen doosje D. staatzonder bodem en welks dek sel &c. eenigsins ncderwaards gedrukt is, waarop voorts met een weinig zegelvvasdi de rolletjes Phosphorus op zich zeivenof in de vereischte stof fen ingewikkeldvastgekleefd werden (g)zijnde in alle de gemelde figuren de verbeelde stukjes Phosphorus- met de letter p gemerkten de gla zen (g) Het is niet volstrekt noodig. den phosphoris hoven- den schotel der luchtpomp op een standaart te plaatsen, dewijl de proeven meestal ook gelukken als men de inge wikkelde rolletjes viak op de pomp ncdcrlegcgebruikt men echter zoo een doosje (hetwelk ik ter betere waarne ming aanrade), dan vcrzuiine men niet het dekseltje, na iedere proef af te nemen en te droogenen als het te veel op zijne oppervlakte aangezet is, hetzelve om te keeren; voorts na het tot eenige proeven gebruikt te hebben, mc« een ander doosje te verwisselen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 317