-C 19 )- en edelmoedig handeltmaar de nooit geëindig de zorgen de belangelooste zelfsopoHéringen die de waardige sciiorer, vijf maanden lang zich, ja heeft moetenmaar ook tot heil zijnel- medeburgeren en mede - ingezetenen zich heeft willen getroostenneen deze kan nie mand zich verbeelden of opsommen. Zoo im mer in dit tijdsgewricht toonde hij waarlijk groot te zijn. Wilt ge echter eene schets van onzen en zijnen toestand in die dagen, toen de rook van het be legerd en brandend Klissingen zelis onze mid dagzon benevelde 7Behaagt U misschien eene figuurlijke vooistelling van 's Mans zoo zeer ge- blekene grootheid oordeelt danuit eigene on dervinding of de volgende ook getrouw kau heeten Een Stuurmandie op stille baren zijn koerswaar heen de kiel moest varen naar wenscli vóór wind en stroomen rigtt' en zonder vrees voor ramp of stranden weldra ter haven aan mogt landen stond slechts te roer en deed zijn pligt Doch 't bleek niet wat die man zou wezen als bange nood den stoutsten vrcezen en 't moedigst hart versagen doet. J3 2 Bij J

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 41