-C 185 )-
niet eene roo looge temperatuur ter ontvlam
ming noodig heeft als in de dampkrings
lucht. Doch ten anderen, zijn Ed. zegt hctakoo
bevonden te hebben o maar waarop is die
bevinding gegrond Ik vind daar voor niets
noch in de aangehaalde periodenoch in den ge-
heelcn brief,"dan nieuwe veronderstellingen: zoo
wordt op bladz. 18 tot bewijs bijgebragt: dat
de vermindering van de drukking des damp-
X krings, dat is de verijling der lucht) in de-
ze proefnemingen bij den Phosphorus hetzelfde
te weeg brengt, als anders eene vermeerde-
ring van warmte doet bij de gewone drukking
y> des dampkringste weten vermindering in
de zamenstelling der doelen van den Phospho-
ras, en verbinding ven denzei ven met de stof-
7> feu, waarmede hij gedekt wordt(p), welke
y> verbinding diensvolgens plaats zou hebben bij
de gewone temperatuuren waaruit een lig-
7> chaam zou voortkomenhetwelk eene veel groo-
teren trap van brandbaarheid bezat dan da
y> Phosphorus zelveen die ook bij eene veel
y> mindere temperatuur zou brandendan deze."
M 5 Eu
(o) Zie hier boven.
Om dit te verstaan moet men weten, dat de Heer
van Bemmclen de oorzaak van de zelfontvlamming van
den Phosphorus stelt in eene verbinding van denzelven met
sommige zelfstandigheden: C als harst, zwavel, nagclolie
enz.} welke op deu Phosphorus gelegd wojrden.