524 gebluscbt 'wordendoor aan dênzelven atmosptie* risch stikgasen dus een gas beroofd van oxigene toegang te verleenen w Maar ook bij alle de proeven, bij welke de vlam van den Phosphorus hoedanig zij zich ook voordeed, verflaauwdë, en zelfs verdween, heb ik de mogelijkheid geleerd, om dezelve weer op nieuw te doen ontstaandoor namelijk een weinig zuivere dampkringslucht in den ontvanger in te laten X en indien men in zoodanige gevallen aan zuiver gas oxigene den toegang tot den nog niet gelduschtcn Phosphorus geeft, dan zal hij op eens in volle vlam gera ken, welker licht het geheele glas vervullen en zeer sterk voor het gezigt zijn zal (y). Dit een en ander in aanmerking nemende meen ik tot de omstandighedenonder welke de Phosphorus in 't ijdel van zeiven ontvlammen althans in zijne ontvlamming voortgaan zalook de aanwezendheid van oxigene in de overblij vende lucht, te moeten brengen en dit stemt met de tegenwoordige leer van verbranding vol komen overeen doch het behoort niet tot het on- Qw') Vergelijk het geen hier omtrent in 6. onder de laatst gemelde Proef verhaald wordt; voorts bij Proef 73. in 9 S 57- (x) Zie onder anderen onder Proef 119, 63 en bij andere. (y) Een en andermaal beproefd, ca mij gebleken, zijnde ook bekend genoeg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 526