-( »G-i liet gczigt on het gevoel daen Opmerken zoo tfal men niet slechts tot bare vatbaarheid, maar ook tot hare geneigdheid in dezen besluiten moet zelfs, warpeer de Phosphorus niet een koud, da warmtestof geleidend ügqhaam doorkliefd wordt, toont zij, genoegzaam hoe los zij met denzei ven verbonden, en hoe beweegbaar zij in die verbin ding is En dit doet zich nog veel sterker voor, in 't ijdel (j'j, of bij een zoo even te vo ren aan het ijdel ouderworpen rolletje (u), waar bij dan de warmtestof van hetzelve, als 't ware pi massa en met zoo cene snelle beweging naar liet aanrakende ligchaam toeschietdat er eene ^ogenblikkelijke ontvlamming op volgt. Gelijk dit alles nu de losheid eu beweegbaarheid der in den (x~) Dit verschijnsel wordt opgemerkt in 6$. Niet geheel onwaarschijnlijk komt mij de tocdragt dier uitwer king aldus yoor ck Phosphorus is dan in 't gevat, welk ik voorgesteld heb in Aanmerk, w onder 87, namelijk, dat hij zijne aantrekkingskracht uitoefent op de warmtestof der dampkringslucht, waar door veroorzaakt wordt, dat hij ecne grootere hoeveelheid bekomt, clan hij behouden kan en dus weer afzetten moet. Men vergelijke den Phosphorus in dezen bij eene met elccrrieke stof geladen •wordende Leijdsche flesch. die gelegenheid heeft van het geen zij ontvangt, over te zetten aan andere ligchamen. Met zacht worden van het rolletje bij die insnijding, wordt. Veroorzaakt doordegroote hoeveelheid daar naartoe vloei-, jende warmtestof. (7) Proef 65 en ook Proef 5^. i(23 Proef 64.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 566