-C i67 )- «Mus verbeelden de veerkracht van deszelft •warmtestof door eene rends aanmerkelijke en verder voortgezet wordende ontheffing der damp- kringsdrukking (het wegpompen der lucht) ge legenheid tot hare werking krijgende, zullen eerst die deeltjes (warmtestof namelijk welke aan den omtrek van het stukje Phosphorus zich bevinden, naar buiten ontwijken voor de volgende, die ook deze kracht uitoefenende, de ecrsle, als 't waie verdringen en zelve als voortgedrongen wor dende door de weder volgende, wier veerkracht, mede in werking komt en dit zoo al voort gaande krijgt elk voorafgaand deeltje gelegenheid ter verwijdering en verleent die aan elk vol gend, tot aan die genen, welke in liet diepst van liet rolletje hunne verblijfplaats hebben. De eer sten zullen derhalve door de volgende naar hui ten uitgestooten en deze door de daar aan grenzende Iiooger op en verder voortgestuwd worden welker werking zoo lang zal aanhou den als elk der daarop volgende van de gemel de deeltjes gelegenheid ter uitzetting verkrijgt, cu diensvolgens zijne veerkracht kan uitoefenen ter Niet slechts in de verijlde luchtmaar vooral iu éic ligchamen, met welken de rolletjes Phosphorus zich Sn aanraking bevinden ([indien deze leiders der warmtestof &yn), zullen de voortgedrongene warmtedeelrjes overgaan; er zal hier dus niet alleen vrijwordingmaar ook verplaat* tio£ der warmtestof voorvallen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1828 | | pagina 569