-C 36 )-
liet Zeenwsch Genootschap der JVeten<~
schappenhetwelk hem zoo zeer betreurt en in
dit oogenblik zijne uitvaart viertondervond dit
zevenendertig jaren lang. Gedurende eenen
zoo aanmerkelijken tijdkring hielp hij het schra
gen en besturen
Ook Hij was het, aan wiens krachtige mede
werking het Genootschap, eenmaal der ontbin
ding nabijzijne voortduring heeft te danken
die het heeft helpen opvoeren tot dat aanzien
tot dien bloei, waarop het, tot heden toe, mag
bogen Gaarne en zoo veel mogelijk vereerde
hij de vergaderingen met zijne tegenwoordigheid,
en met het hoogste welgevallen zagen wij hem
in ons midden.
Altijd ijverig om nuttig te zijn aan de alge-
meene belangentrachtte hij ook door het Ge
nootschap dat edel oogmerk te bereiken. Daartoe
strekten meer dan eene gewigtigedoor hem op-
gegevene, en door het Genootschap voorgestelde
Prijsvragen waarhij hij wel eens de edelmoe
digheid zóó ver uitstrekte, dat hij zelfde kosten
van het uitgeloolde eerengoud hegeerde te dragen.
Hij was het, op wiens wijze voorlichting het
Genootschap hij de uitschrijving van Prijsvragen
aan
o Over het Bratidkoorn over de middelen ora
den tuchtclingen in de tuchthuizen voordeeligen arbeid te
verschaffen,en over de schadelijke vermenigvuidiginj
der Zeehonden inde Zccuvvsche stioomen.