C 10
danig graan zal men bij liet zaaijen even ver ko
men als niet vier schepels van groote korrels.
Tot de bevordering van den groeidient de
bloem van liet graanten einde het kleine plantje
te voeden, van dcszelfs eerste ontwikkeling al',
tot dien tijd, dat deszelfs worteltjes in staat zijn
om het voedsel uit de bereide aarde tot zich te
trekkentot dit oogmerk is een tienda gedeelte
van een gezond tarvven-korreltje meer dan ge
noeg. Gemeenlijk neemt men voor zaaikoora
de beste monsters die te krijgen zijn, dat is, de
zoodanige, die de meeste bloem in zich bevatten:
doch dit is ounoodige verspilling van der men-
sclien levensonderhoudzelfs de kleinste korrels
zullen bij ondervinding bevonden worden de
soort waaruit zij voortkwameneven goed voort
te teelen als de grootere korrels.
Elke tarwenaar beslaat uit een aantal kelken,
bij afwisseling aan iedere zijde van het stroo ge
plaatst de laagste bevattennaar mate het gewas
meer of min voordeelig is drie of vier korrels
die bijna even groot zijndoch aan den top der-
aar, waar het voedsel, door het grooter aantal van
kelken, die nader bij den wortel zijn minder
is is de derde en vierde korrel meestal niet
evenredig aan de overige, maar meer rimpelig en
klein. Deze kleine korrels hebben echter voor
raad genoeg ter voortteelingen deelen even rij
kelijk in het sap (of bloedgelijk meu ten aan-
aieR