A N T WOORD
OP D E VRAAG:
over den II ON IG D A A U W
VOORG EST3LD DOOR.
het zeeuw sc h genootschap der
weten schappen.
J3e kundigheden van den Landman levermeer-
deren is blijkbaar het weldadig oogmerk van
het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen,
bij het opgeven van de bovenstaande Vraag, en
bet is de pligt van elk, die vermeent daartoe
eenig vermogen te hebben ter bereiking van
het menschlievend doel des Genootschaps mede
te werken.
Uit aanmerking hiervan is het, dat ik de be
antwoording dezer Vraag onderneem evenwel
gevoele ik hierbij eenigen schroom; niet, omdat
ik voor mij zelve niet volkomen zeker ben, dat
het gene mijne waarnemingen en onderzoekingen
mij van het natuurverschijnselHonigdaauw ge
naamd geleerd hebben waarheid is maar zal ik
in staat zijn om de bewijzen daar voorzoo klaar
en duidelijk voor te dragendat ook anderen met
mij