(64)
nis, welke de Corinthiers en de hoogverliclite
Paulus zelf door Goddelijk onderwijs hadden
verkregen, slechts als gebrekkig stukwerk moet
worden beschouwdhoeveel meer moeten wij
dan als zoodanig beschouwen zoo vele kun
digheden, welke wij door ons eigen gebrek
kig doorzigt en ons zoo ligt feilend onderzoek
verkrijgenindien die Godsdienstige kennis
zelve, als gebrekkig, in een volgend leven zal
Worden te niet gedaan; hoeveel meer dan die
onvolkomene kundigheden, welke wij hier, al
leen door ons menschelijk verstand, hij het
beoefenen der wetenschappen hebben aange
leerd: en zoo dezelve in een volgend leven
worden te niet gedaan, hoe zouden wij ons
dan mogen heioven, dat zij ons zullen bijblij
ven in de eeuwigheid en bestendig dienen ter
bevordering van onze zaligheid?
Maar ook deze bedenkingen kunnen op eene
Voldoende wijze worden beantwoord. Van vele
andere zaken, namelijk, kunnen wij, schoon
ook door eigen onderzoekeene veel meer vol
ledige en naauwkcurige kennis verkrijgendan
zelfs door hooger onderwijs en openbaring van
zeer veelbet welk tot de Godsdienst in be
trekking staat: zoo is het gelegen, indien niet
met alles, ten minste met het meeste, hetwelk
binnen het bereik onzer zinnen en den kring
on-
