TWEE-
79
den anderen kant, niets kan worden aangevoerd,
het welk gegronde bedenkingen tegen hetzelve
oplevert, kan er geen twijfel zijn aangaande
de wettigheid van dit voor de wetenschappen
gunstige besluit.
Ik kan dus nu overgaan tot het tweede ge
deelte der prijsvraag, naar aanleiding Van het
welke moet worden onderzochtwelke dan die
wetenschappen zijnwaarop de menschnaast
de kennis van God en zijnen dienst, zith in
dit leven vooral behoort toeteleggen, óm van
derzelver aanvankelijke kennis, ook aan gene
zijde des grafs, de zaligste gevolgen te kun
nen hopen?
i.