i5o
vermeerdering van der gezaligden geluk de
WiskundeDichtkunde en TVelsprekenheld.
De Wiskunde, namelijk, verkeert omtrent
grootheden van getal, tijd, afstand, kracht,
inhoud enz. en vergelijkt die grootheden on
derling. Zij kan beschouwd worden als eene
hulpwetenschap der Natuurkunde, en, uit dit
oogpunt beschouwdis er geen twijfelof hare
beoefening verdient te worden aanbevolen ook
met betrekking tot het nut, hetwelk wij daar
van in de eeuwigheid kunnen trekkendaar wij
zonder haar, geene aanmerkelijke vorderingen
in de Natuurkunde kunnen maken. Maar veel-
ligt verdient zijook op zich zelve beschouwd
aanbevolen te worden als eene Wetenschap,
welke ons nog na onzen dood kan bijblijven
en dienen ter vermeerdering van ons geluk.
Ook in de eeuwigheid toch zullen er zeker on
derscheiden grootheden, wel niet van tijd, maar
toch van afstand, getal, inhoud enz. blijven be
staan, en wel als voorwerpen van belang voor
ons. Zeker zullen wij ons, om dezelve te lee-
ren kennen en bepalenwel niet bedienenvan
die werktuigenwelke ons hier daarbij zoo
noodzakelijk en van zoo groot eenen dienst zijn
mogelijk is het ookdat wij ons van dezelve
de noodige kennis kunnen verschaffenzonder
dat wij daar bij gebonden zijn aan die verge-