i67
Daar alle Wetenschappen niet op zichzelve
staanmaar ten naauwste aan eikanderen ver
bonden en, als door eenen gemeenen hand van
bloedverwantschap en betrekking, vereenigd
zijn (o), kan ook het verwaarloozen van de
eene geene andeie dan zeer schadelijke, gevol
gen voor de andere hebben.
En, liet geen vooral in aanmerking verdient
te worden genomenhet is er zeer ver van af,
dat die Wetenschappen, van welke wij ons op
geene goede en zekere gronden kunnen belo
ven, dat zij ons in de eeuwigheid zullen bijblij
ven als voorwerpen onzer behartiging en be
langstelling ter vermeerdering van ons geluk
ons daarom geheel van geenen dienst zouden
kunnen zijn ter vergrooting van onze zaligheid
in de eeuwigheid. Geene wordt er toch onder
deze gevonden of zij kan medewerken ter on
zer voorbereiding voor de eeuwigheid door de
vorming en beschaving van onzen smaak en
ons oordeel. Aanmerkelijke diensten kunnen
zij ons vooral bewijzen, om ons hier in staat
te stellen tot het opleggen van eenen goeden
schat van belooning tegen het toekomstige,
eeu-
(o) Zoo waar, als bekend is bet schoone gezegde van Cicero
Orat. pro Archia Cap. I, Omnes artesquae ad huma-
nitatem pertinenthabent quoddam commune vinculum
et quasi cognatione quadam inter se continentur