3 trekking hebben kunnendan op de wijze van ons bestaandenkenwillen en handelenin een volgend leven hoe tochwanneer wij op aarde voornemens zijnde ons met der woon van de eene plaats naar de andere te begeven, de gewoonte hebben van berigten intewinnen aangaande de gesteldheid van het nieuwe verblijf, aangaande de menschen, met wie wij zullen omgaan en verkeeren, als anderzins; waarom zouden wij dan ook niet naar de aanvankelijke kennis trachten van het oord, werwaarts wij bij onzen dood zullen worden overgebragt, een oord, op het welk onze betrekking des te naau- wer isnadien wij er ons altijd in zullen moe ten ophouden en bedrijvig zijn? Aangenaam, ja belangrijk en gcwigtig moest derhalve voor velen, de vraag zijn, door het achtingwaardige Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Middelburg, uitgeschreven: cc Of er grond ware om te geloovendat de in dit leven beoefende TV'Henschappenook in het cc toekomend leven tot vermeerdering van den cc gelukstaat der gezaligden zullen kunnen cc dienen Zoo ja welke dan die TVetenschap— cc pen warenwaarop de menschnaast de cc kennis van God, en zz/ne dienstzich in dit cc leven

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1835 | | pagina 227