iG missen alzoo de gelegenheid, om de hun ge- schonkene vermogens te veredelenen te be schaven! hoedanig nu zal hieromtrend ons oor deel zijn? zullen wij zeggen, dat God, met wel ke voortreffelijke gaven Hij den mensch ook hebbe uitgerust; hoe bij hem door dezelve bo ven de geheele zigtbare schepping verheven heb be nogtans niets anders daarmede beoogd heeft, dan dat de sterveling daarvan een hoogst onvolkomen gebruik zoude maken, gedurende weinige jaren levens op aarde, en dat dit on volkomen gebruik zouden blijven voortduren, in het volgende leven? maar! alzoo zoude de Alwijzeondoelmatig handelenen nutteloos de edelste gaven verkwistenalzoo zoude de mensch alleen het hoofd van het geschapendom eene misgeboorte wezenin vergelijking van alle andere schepselen, die wij overal het doel zien bereikenwaartoe zij aanwezig zijnwelk ccne dwaze redeneringen tot dezelve moeten wij nogtans vervallenindien wij gelooven wil len, dat de aarde alleen de ontwikkelingplaats is van den menschelijken geest, dat hij, in het volgend leven, op diezelfde hoogte blijft, welke hij hier beklommen heeft! Neen! stellen wij dus liever vast, dat de aanleg onzer ziel, in ver band

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1835 | | pagina 240