ge mogelijkvan eenige waarschijnlijkvan
vele zeker? ecne uitzondering kan en mag
men uit dien hoofde alleen aan zulke weten
schappen toestaan, welke betrekking hebben
tot de hoogere vermogens van onzen geest,
waarvan men met waarschijnlijke redenen mag
bewerendat zij ook in het volgende leven nut
tig zullen kunnen zijn; gelijk wij voorgenomen
hebben, in het tweede deel onzer verhandeling
dit in eenige bijzonderheden aantetoonen.
Ik erken weldat het niet wijsgeerig isvan
het mogelijke, tot het wezentlijke a posse,
ad essete besluitenen het eenc valsche rede
neerkunde zoude verraden, wanneer men zeide:
sommige wetenschappen van het huidige leven,
kunnen misschienin de eeuwigheidtot heil
verstrekken, derhalve gaan zijzeker niet verlo
ren; maar het is toch ook evenmin te ontken
nen, dat, wanneer de waarschijnlijkheid pleit
voor het bestaan van iets, dat geen wiskunstig
betoog toelaat, (en hoe zelden is dit het geval!)
deze waarschijnlijkheid ook zoo lang tot over
tuiging behoort te bewegen, tot dat geldiger
redenen onze toestemming afvergen aan eene
tegenovergesteldeof andere meeningen zoo
aarselen wij dan ook niet te zeggenniet alle
we-