EERSTE DEEL.
beschouwing der goddelijke wetten,
door mozes, aan het israëliti
sche volk gegeven.
Dat de Mozaïsche wetten van eenen Hemcl-
schen oorsprong zijnliet geen uit de geschie
denis der wetgeving zelve, zoo als die door
Mozes beschreven wordt, zoo duidelijk blijkt
en overal, in de Schriften des Ouden en Nieu
wen Verbonds, bevestigd wordt, is ook, in
de opgcgevene vrage des achtenswaardigen Ge-
nootschaps, mijns inziens, door de benaming
van Goddelijke wettenopzettelijk te kennen
gegeven. Dit mag dus voor toegestemd ge
houden worden en daaromtrent komt gevolge-
lijk geen bijzonder betoog hier te pas. Dat
God zich van Mozes wijsheid en begaafdhe
denbij deze wetgeving, bediend heeft, zoo
dat deze wijdberoemde Leidsman des volks
mag aangemerkt worden als der Israëliten
Wetgever, door buitengewonen invloed der
God-