(68) zijne verhevene waardigheidwaarmede Hij door God zijnen Vader bekleed wasvoor het oog zijner landgenooten ten allen tijde op eprak als de door Mozes voorspelde groote •Profeetdie rnagt bad om het menschdom Godsdienstige en zedelijke bevjelen voor te schrijven; eischte onbepaald geloof en gehoor zaamheid aan zich; maar maakte van zijit Goddelijk gezag, gedurende zijn verblijf op deze wereld, geen gebruik ter afschaffing van de Godsdienst-plegtighedenzeden en gewoon ten door de Mozaïsche wet vastgesteld. Hij hield zich daarentegen aan de instellingen dier wet en nam hare zedelijke voorschriften waar, doch met den verlichtsten Godsdienst ijver, welke heerlijk afstak bij de schijnheilige ver tooning van veele Joodsche leeraren, die de voortreffelijke wetten van Mozes door men- schelijke overlevering verbasterden en in de daad kragteloos maakten, hoe zeer zij ook ró'or de handhaving van het gezag diens ou den wetgeversop wiens stoel zij gezeten wa ren i doldriftig ijverden. Jezus ontleende dlan ookbij zijn Godsdienstig en zedelijk ondérwijs, in zijne gesprekken met de Joden, biet zelden zijne redenen uit het Mozaïsche telboek, en verwees hen naaf Mozes en de Pro-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1835 | | pagina 378